Einde inhoudsopgave
Beleidsregels Buitengewoon Opsporingsambtenaar
11.3 Bekwaamheidseis domein VI Generieke opsporing
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Bronpublicatie:
02-12-2022, Stcrt. 2022, 33428 (uitgifte: 12-12-2022, regelingnummer: 4252898)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
02-12-2022, Stcrt. 2022, 33428 (uitgifte: 12-12-2022, regelingnummer: 4252898)
- Vakgebied(en)
Politierecht / Bevoegdheden
Strafprocesrecht / Voorfase
De bekwaamheidseis bestaat uit het boa basisexamen (het boa-getuigschrift) en - indien de boa generieke opsporing beschikt over politiebevoegdheden, vrijheidsbeperkende middelen en geweldsmiddelen - de bekwaamheidseisen uit de RTGB.
Het merendeel van de diensten wiens boa’s vallen binnen het domein generieke opsporing beschikt over een eigen opleiding ten behoeve van hun overige werknemers die zich (op grond van artikel 141 Wetboek van Strafvordering) bezig houden met de strafrechtelijke handhaving. Het is de verantwoordelijkheid van de boa-werkgever om zijn boa’s generieke opsporing aanvullend op te leiden voor hun specifieke taak. Net als voor alle andere boa’s geldt dat de politieboa’s slechts bevoegd zijn voor die feiten die vallen binnen hun taakomschrijving mits wetgeving in formele zin zich hier niet tegen verzet en de boa voldoende bekwaam is om voor die feiten op te treden.