JWB 2003/383
Verjaring, beroepsfout, geruisloze inbreng, onrechtmatige daad, schadevergoeding
HR 10-10-2003, ECLI:NL:PHR:2003:AF9416
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 oktober 2003
- Zaaknummer
C02/045HR
- LJN
AF9416
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2003:AF9416, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑10‑2003
ECLI:NL:PHR:2003:AF9416, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑10‑2003
- Wetingang
Art. 6:162 BW; art. 3:310 BW
Essentie
Verjaring, beroepsfout, geruisloze inbreng, onrechtmatige daad, schadevergoeding
Samenvatting
Casus
De adviseur van een bedrijf wordt aansprakelijk gesteld voor een beroepsfout, omdat hij in 1988 ten onrechte niet een verzoek bij de belastingdienst heeft ingediend waardoor de geruisloze inbreng van de onderneming in een BV niet kon worden bewerkstelligd. In 1991 beslist de belastingdienst dat niet geruisloos kan worden ingebracht. In 1996 wordt de adviseur aansprakelijk gesteld. De ondernemer vordert vergoeding van de schade in de vorm van belasting over stakingswinst en van een desinvesteringsbetaling. De adviseur beroept zich op verjaring.
Rechtsvraag
In cassatie gaat om de vraag op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.