Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (B)
4.1 MVV-vereiste
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2023
- Bronpublicatie:
28-06-2023, Stcrt. 2023, 17810 (uitgifte: 30-06-2023, regelingnummer: WBV 2023/16)
- Inwerkingtreding
01-07-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-06-2023, Stcrt. 2023, 17810 (uitgifte: 30-06-2023, regelingnummer: WBV 2023/16)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
Vrijstelling MVV-vereiste op medische grond
Op grond van artikel 17, eerste lid, onder c, Vw wijst de IND de aanvraag voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd niet af wegens het ontbreken van een geldige mvv als:
- •
het voor de vreemdeling gelet op zijn gezondheidssituatie niet verantwoord is om te reizen; of
- •
als er binnen drie tot zes maanden bij het uitblijven van behandeling een medische noodsituatie zal ontstaan.
Vrijstelling MVV-vereiste vanwege het Associatierecht EEG-Turkije
Een vreemdeling is vrijgesteld van het MVV-vereiste, als artikel 3.71, tweede lid, onder e, Vb van toepassing is. De IND neemt aan dat uitzetting in strijd is met het Associatierecht in de zin van artikel 3.71, tweede lid, aanhef en onder e, Vb als de vreemdeling voldoet aan alle volgende voorwaarden:
- •
de vreemdeling of de hoofdpersoon valt onder het toepassingsbereik van Besluit 1/80 of het Aanvullend Protocol;
- •
de vreemdeling heeft een aanvraag voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd zonder mvv ingediend;
- •
de vreemdeling voldoet aan alle overige geldende voorwaarden voor het verlenen van de verblijfsvergunning; en
- •
er is sprake van bijzondere, individuele omstandigheden die tot de conclusie leiden dat het stellen van het mvv-vereiste onevenredig is.
De bijzondere, individuele omstandigheden moeten het uitoefenen van het vrij verkeer van werknemers of de vrijheid van vestiging belemmeren. Hiervan kan sprake zijn als bij een aanvraag om verblijf als gezinslid bij een Turkse hoofdpersoon die tot de legale Nederlandse arbeidsmarkt behoort, die Turkse hoofdpersoon door de bijzondere, individuele omstandigheden genoodzaakt wordt om te kiezen tussen het uitoefenen van de economische activiteit in Nederland en het gezinsleven in Turkije.
Van belemmeringen van het uitoefenen van voornoemde vrijheden in Nederland is in ieder geval geen sprake als de bijzondere, individuele omstandigheden zien op de:
- •
politieke, economische of sociale situatie in Turkije;
- •
persoonlijke omstandigheden in Turkije; of
- •
(voortzetting van) illegale arbeid in Nederland.
Het is aan de vreemdeling om de eventuele bijzondere individuele omstandigheden bij indiening van de aanvraag aan te voeren en met bewijsmiddelen te onderbouwen.
Aanvragen voor een verblijfsvergunning die door de IND zijn ontvangen voor 1 oktober 2022 worden niet afgewezen op het mvv-vereiste als de aanvrager onder het toepassingsbereik valt van Besluit 1/80 of het Aanvullend Protocol en, behalve aan het mvv-vereiste, aan alle overige voorwaarden van het gevraagde verblijfsdoel voldoet.
Hardheidsclausule
Op grond van artikel 3.71, derde lid, Vb wijst de IND de aanvraag voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd niet af wegens het ontbreken van een geldige mvv als dit leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard (de hardheidsclausule).
Bijzondere gevallen in het kader van de hardheidsclausule
De IND past de hardheidsclausule als bedoeld in artikel 3.71, derde lid, Vb in ieder geval toe als aan alle voorwaarden voor verlening van een verblijfsvergunning onder de beperking ‘verblijf als familie- of gezinslid’ wordt voldaan, afgezien van het mvv-vereiste, en de vreemdeling:
- •
het biologische of juridische minderjarige kind is van de referent, dat feitelijk behoort en al in het land van herkomst feitelijk behoorde tot het gezin van die referent en dat onder het rechtmatige gezag van de referent staat;
- •
de biologische of juridische ouder is van een hier te lande verblijvend minderjarig kind dat Nederlander is dan wel rechtmatig verblijf heeft als bedoeld in artikel 8, onder a tot en met e, dan wel l, Vw;
- •
de biologische of juridische ouder is van een minderjarig kind voor wie een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de beperking ‘verblijf als familie- of gezinslid’ is ingediend; of
- •
aannemelijk heeft gemaakt dat van hem niet verwacht kan worden dat hij naar het land van herkomst of bestendig verblijf reist vanwege een ernstige ziekte of handicap van de referent. Bij de beoordeling hiervan wordt de vreemdeling in ieder geval gevraagd nader toe te lichten:
- –
waarom van hem niet verwacht kan worden dat hij vanwege een ernstige ziekte of handicap van de referent reist naar het land van herkomst of bestendig verblijf;
- –
op welke wijze hij de referent ondersteunt; en
- –
waarom deze ondersteuning niet door derden kan worden verleend, bijvoorbeeld door een familielid of medewerker van professionele (thuis)zorg.
Niet-bijzondere gevallen in het kader van de hardheidsclausule
De IND past de hardheidsclausule als bedoeld in artikel 3.71, derde lid, Vb in ieder geval niet toe als de vreemdeling:
- •
het beroep op de hardheidsclausule niet heeft gemotiveerd of met relevante gegevens en bescheiden heeft onderbouwd binnen een door de IND gestelde termijn;
- •
stelt dat aan een of meer voorwaarden voor vrijstelling slechts op een onderdeel niet is voldaan;
- •
enkel stelt dat aan alle voorwaarden voor verlening van de verblijfsvergunning voor het gestelde verblijfsdoel is voldaan, afgezien van het mvv-vereiste;
- •
asielgerelateerde gronden aanvoert;
- •
als asielzoeker is uitgeprocedeerd; of
- •
meer dan twee jaar na afloop van een eerder verleende verblijfsvergunning voor bepaalde tijd om verlenging of wijziging hiervan heeft gevraagd tenzij het overschrijden van deze termijn niet aan de vreemdeling is toe te rekenen.