Einde inhoudsopgave
Protocol betreffende de Statuten van het Europees stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank
Artikel 30 Overdracht van externe reserves aan de ECB
Geldend
Geldend vanaf 01-11-1993
- Bronpublicatie:
07-02-1992, Trb. 1992, 74 (uitgifte: 08-05-1992, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-11-1993
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-11-1993, Trb. 1993, 159 (uitgifte: 01-11-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
30.1.
Onverminderd artikel 28 wordt de ECB door de nationale centrale banken tot een bedrag van 50 000 miljoen Ecu gedoteerd met externe reserves, uitgezonderd valuta's van de Lid-Staten, Ecu's, reserveposities in het IMF en Bijzondere Trekkingsrechten. De Raad van Bestuur besluit omtrent het door de ECB na haar oprichting op te roepen deel en de op latere tijdstippen op te roepen bedragen. De ECB is ten volle gerechtigd om de aan haar overgedragen externe reserves aan te houden en te beheren en voor de in deze Statuten omschreven doeleinden te gebruiken.
30.2.
De bijdragen van iedere nationale centrale bank worden vastgesteld in verhouding tot haar aandeel in het geplaatste kapitaal van de ECB.
30.3.
Aan iedere nationale centrale bank wordt door de ECB een vordering toegekend ter grootte van haar bijdrage. De Raad van Bestuur bepaalt de denominatie en de rentevergoeding van dergelijke vorderingen.
30.4.
Verdere stortingen van externe reserves boven de in artikel 30.1 gestelde grens kunnen, overeenkomstig artikel 30.2, door de ECB worden opgeroepen, binnen de grenzen en onder de voorwaarden die door de Raad volgens de procedure van artikel 42 worden vastgesteld.
30.5.
De ECB is gemachtigd reserveposities in het IMF en Bijzondere Trekkingsrechten aan te houden en te beheren, en te voorzien in het poolen van deze activa.
30.6.
De Raad van Bestuur treft alle andere maatregelen die voor de toepassing van dit artikel nodig zijn.