Rb. Almelo, 07-08-2006, nr. F. 85/1992
ECLI:NL:RBALM:2006:AY5817
- Instantie
Rechtbank Almelo
- Datum
07-08-2006
- Zaaknummer
F. 85/1992
- LJN
AY5817
- Vakgebied(en)
Insolventierecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBALM:2006:AY5817, Uitspraak, Rechtbank Almelo, 07‑08‑2006; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
Uitspraak 07‑08‑2006
Inhoudsindicatie
Verbetering van het proces-verbaal van de op 20 november 1998 gehouden verificatievergadering in een faillissement in dier voege dat bij de vordering in dat proces-verbaal, alsnog geplaatst wordt de aantekening “met recht van preferentie ingevolge artikel 1195, aanhef en sub 4 oud BW, c.q. artikel 3:288 aanhef en sub e BW, opdat verzoeker als bevoorrecht schuldeiser in de beschikbare baten zal delen.
RECHTBANK ALMELO
Sector Civiel
zaaknummer F. 85/1992
beschikking van de enkelvoudige kamer voor burgerlijke zaken van de rechtbank te Almelo
Gezien het door:
mr. Robert Jan van Galen en mr. Diederick Arthur van der Stelt,
curatoren in het faillissement van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[Failliet] Technisch Handelsburo B.V.,
statutair gevestigd te Enschede,
procureur mr. T.J. van Drooge,
op 3 augustus 2006 ingediende verzoekschrift, strekkende tot verbetering van het proces-verbaal van de op 20 november 1998 gehouden verificatievergadering, aldus dat bij de vordering van [verzoeker], thans wonende te [adres], België ad f. 43636,63 (overeenkomend met € 19801,44) alsnog wordt geplaatst de aantekening “met recht van de preferentie ingevolge artikel 195, aanhef en sub 4 oud BW, c.q. artikel 3:288 aanhef en sub e BW”, opdat [verzoeker] voor genoemd bedrag als bevoorrecht schuldeiser in de beschikbare baten zal delen;
Gelet op de machtiging van de rechter-commissaris in opgemeld faillissement tot het indienen van voormeld verzoekschrift;
Gelet op het verhandelde ter openbare terechtzitting van maandag 7 augustus 2006 en gehoord aldaar mr. R.H.A.M. Baron van Hövell tot Westerflier, advocaat te Rotterdam, namens curatoren,
Overweegt:
- 1.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende stukken gevoegd:
- A.
een brief d.d. 11 juni 1992 van mr. P.W.M. Steenbergen, advocaat te Breda, aan mr. Van Galen waarin hij namens [verzoeker] vorderingen in het faillissement indient:
- a.
wegens achterstallig loon en vakantietoeslag alsmede vergoeding voor niet genoten vakantiedagen en onkostenvergoeding, alles vermeerderd met wettelijke rente, over de periode 1 december 1991 tot 1 maart 1992, de datum waarop de arbeidsovereenkomst tussen [verzoeker] en [failliet] door de kantonrechter te Rotterdam ontbonden is, nader berekend op f. 23636,63,
- b.
wegens de door de kantonrechter te Rotterdam bij beschikking d.d. 7 februari 1992 toegewezen ontbindingsvergoeding ad f. 20000,00 bruto,
- c.
wegens de proceskostenveroordeling in vorenbedoelde procedure een bedrag van f. 1000,00, met het verzoek om die vorderingen te plaatsen op de lijst der voorlopig erkende vorderingen;
- B.
de salarisafrekening van [verzoeker] d.d. 31 december 1991 met daarop tevens vermeld de cumulatieve gegevens over 1991;
- C.
de ontbindingsbeschikking van de kantonrechter te Rotterdam (rep.nr. 4007/1992) waarbij de arbeidsovereenkomst tussen [verzoeker] en [failliet] is ontbonden en de onder Ab en Ac hiervoor genoemde vergoedingen aan [verzoeker] zijn toegekend;
- D.
een specificatie van de vordering;
- E.
het proces-verbaal van verificatievergadering;
- F.
een brief van de griffier van deze rechtbank aan curatoren d.d. 4 juli 2006 waarin mededeling wordt gedaan van het tijdstip van depot, 14 juli 2006, van de slotuitdelingslijst in het faillissement [failliet];
- G.
het financieel eindverslag van curatoren;
- H.
de tweede, tevens slotuitdelingslijst in het faillissement [failliet];
- I.
een verzoekschrift d.d. 24 juli 2006 waarbij [verzoeker] verzet aantekent tegen deze uitdelingslijst.
De onder B en C genoemde stukken waren als bijlagen bij de onder A genoemde brief gevoegd.
In artikel 137, tweede lid, van de Faillissementswet is bepaald dat zowel de curator, als de schuldeisers, als de gefailleerde na nederlegging van het proces-verbaal van de verificatie-vergadering aan de rechtbank om verbetering daarvan kunnen vragen, als uit de stukken zelve blijkt dat in het proces-verbaal een vergissing is geslopen.
Met “de stukken” is bij de invoering van deze bepaling niet alleen gedacht aan het proces-verbaal zelf, maar ook aan vergissingen die blijken uit de lijst van voorlopig erkende crediteuren en de door de crediteuren aan de curator ter hand gestelde bescheiden.
In dit geval blijkt uit de namens [verzoeker] aan de curator ter hand gestelde bescheiden, zonneklaar dat het hier om vorderingen met een preferentie als bedoeld in het toenmalige artikel 1195, aanhef en sub 4 oud BW gaat, al is dat niet met zoveel worden in de brief van mr. Steenbergen vermeld en heeft hij in die brief ook niet met zoveel woorden namens [verzoeker] aanspraak op die preferentie gemaakt.
Dat neemt echter niet weg dat de vordering ook desondanks met de bijbehorende preferentie geverifieerd had kunnen -zo niet had moeten- worden.
Het verzoek is daarom als steunende op de wet voor toewijzing vatbaar.
Beschikt:
Verbetert het proces-verbaal van de op 20 november 1998 gehouden verificatievergadering in het faillissement van [failliet] Technisch Handelsburo B.V. in dier voege dat bij de vordering van [verzoeker] ad f. 43636,63 (hetgeen overeenkomt met € 19801,44), vermeld onder nummer 34 in dat proces-verbaal, alsnog geplaatst wordt de aantekening “met recht van preferentie ingevolge artikel 1195, aanhef en sub 4 oud BW, c.q. artikel 3:288 aanhef en sub e BW, opdat [ve[verzoeker] voor genoemd bedrag als bevoorrecht schuldeiser in de beschikbare baten zal delen.
Aldus gedaan en in het openbaar uitgesproken te Almelo op 7 augustus 2006 door mr. Breitbarth in tegenwoordigheid van Cassese, griffier.