Einde inhoudsopgave
Procesreglement Hoge Raad der Nederlanden
4.3.4.3
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2024
- Bronpublicatie:
25-03-2024, Stcrt. 2024, 13992 (uitgifte: 26-04-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-03-2024, Stcrt. 2024, 13992 (uitgifte: 26-04-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Strafprocesrecht / Algemeen
Aan de benadeelde partij wordt een afschrift verzonden van de schriftuur van de partij die beroep in cassatie heeft ingesteld, indien deze betrekking heeft op de vordering van de benadeelde partij en zij wordt door de griffier gewezen op haar bevoegdheid binnen dertig dagen na de verzending van dat afschrift door tussenkomst van een advocaat een verweerschrift in te dienen. Indien zich namens de benadeelde partij een advocaat heeft gesteld overeenkomstig artikel 4.3.4.1., wordt dit afschrift aan deze advocaat gezonden. Aan de partij die beroep in cassatie heeft ingesteld, wordt een afschrift van de schriftuur van de benadeelde partij verzonden. Aan de advocaat die namens de verdachte optreedt, wordt een afschrift van de schriftuur van de benadeelde partij verzonden. Aan de procesdeelnemer die digitaal procedeert, geschiedt de toezending van een afschrift door plaatsing ervan in het webportaal.