RAR 2010, 37
Kennelijk onredelijk ontslag. Wanneer is er sprake van kennelijk onredelijk ontslag en hoe dient alsdan de schadevergoeding te worden berekend?
HR 12-02-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK4472 (Rutten/Breed)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 februari 2010
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, A. Hammerstein, C.A. Streefkerk, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
09/03517
- Conclusie
A-G Spier
- LJN
BK4472
- Roepnaam
Rutten/Breed
- JCDI
JCDI:ADS874144:1
- Vakgebied(en)
Personeelsaangelegenheden / Instroom en uitstroom van personeel
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK4472, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑02‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK4472, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑11‑2009
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑08‑2009
- Wetingang
BW art. 7:681
Essentie
Kennelijk onredelijk ontslag.
Wanneer is er sprake van kennelijk onredelijk ontslag en hoe dient alsdan de schadevergoeding te worden berekend?
Samenvatting
Na een periode van twee jaar arbeidsongeschiktheid heeft de werkgever bij het CWI een ontslagvergunning aangevraagd. Nadat het CWI toestemming had verleend, heeft de werkgever de arbeidsovereenkomst met inachtneming van de geldende opzegtermijn opgezegd. De werknemer vordert onder meer een vergoeding van € 105.000 bruto wegens kennelijk onredelijk ontslag. De kantonrechter meent dat er sprake is van kennelijk onredelijk ontslag en kent aan de werknemer een schadevergoeding toe van € 44.000 bruto. Het hof is eveneens van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.