Protocol tot aanvulling van het Verdrag over de Benelux Interparlementaire Assemblee
Artikel 2
Geldend
Geldend vanaf 07-11-1959
- Bronpublicatie:
03-02-1958, Trb. 1958, 20 (uitgifte: 13-02-1958, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
07-11-1959
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-12-1959, Trb. 1959, 169 (uitgifte: 01-01-1959, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Tijdens de zittingsduur van de Raad genieten de leden:
- a)
op hun eigen grondgebied, de immuniteiten welke aan de leden van de volksvertegenwoordiging in hun land zijn verleend;
- b)
op het grondgebied van de andere Hoge Overeenkomstsluitende Partijen, vrijstelling van aanhouding en gerechtelijke vervolging in welke vorm ook.
De immuniteit beschermt hen eveneens, wanneer zij zich naar de plaats van de bijeenkomst van de Raad begeven of daarvan terugkeren.
Deze immuniteit kan niet worden ingeroepen in geval van ontdekking op heterdaad, terwijl zij het recht van de Raad onverkort laat, de immuniteit van een zijner leden op te heffen.