Einde inhoudsopgave
Wet milieubeheer
Artikel 17.16 [Risico-aansprakelijkheid en kostenverhaal]
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2009
- Bronpublicatie:
25-06-2009, Stb. 2009, 265 (uitgifte: 30-06-2009, kamerstukken: 31124)
- Inwerkingtreding
01-07-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-06-2009, Stb. 2009, 266 (uitgifte: 30-06-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Degene die de activiteit verricht waardoor milieuschade of een onmiddellijke dreiging daarvan wordt veroorzaakt, draagt de kosten voor de getroffen preventieve of herstelmaatregelen, tenzij hij bewijst dat de milieuschade of de onmiddellijke dreiging daarvan:
- a.
ondanks door hem getroffen passende veiligheidsmaatregelen door een derde is veroorzaakt, of
- b.
het gevolg is van de opvolging van een dwingende opdracht of instructie van een bestuursorgaan, niet zijnde een opdracht of instructie naar aanleiding van een emissie of gebeurtenis die door hemzelf is veroorzaakt.
2.
In het geval het bevoegd gezag zelf maatregelen treft of de uitvoering daarvan opdraagt aan derden, verhaalt het de kosten op degene die de activiteit verricht. Het bevoegd gezag stelt de hoogte van de verschuldigde kosten bij beschikking vast. Het bevoegd gezag kan de kosten invorderen bij dwangbevel.
3.
Het bevoegd gezag kan afzien van kostenverhaal indien:
- a.
de verhaalkosten groter zijn dan het terug te vorderen bedrag, of
- b.
niet kan worden vastgesteld wie de activiteit verricht.
4.
Terzake van herstelmaatregelen die uit hoofde van deze titel zijn genomen, kan het bevoegd gezag geheel of gedeeltelijk afzien van kostenverhaal, voor zover deze kosten redelijkerwijs niet of niet geheel ten laste van degene die de activiteit verricht behoren te komen, indien degene die de activiteit verricht, bewijst dat
- a.
hij niet in gebreke of nalatig is geweest, en
- b.
de schade is veroorzaakt door een activiteit, emissie of gebeurtenis, die op het tijdstip dat deze plaatsvond:
- 1°
uitdrukkelijk was toegestaan op grond van en geheel in overeenstemming was met de aan een vergunning verbonden voorschriften, of
- 2°
op grond van de stand van de wetenschappelijke en technologische kennis niet als schadelijk werd beschouwd.