Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2018/1862 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem (SIS) op het gebied van politiële en justitiële samenwerking in strafzaken, tot wijziging en intrekking van Besluit 2007/533/JBZ van de Raad en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1986/2006 van het Europees Parlement en de Raad en Besluit 2010/261/EU van de Commissie
Artikel 21 Evenredigheid
Geldend
Geldend vanaf 27-12-2018
- Bronpublicatie:
28-11-2018, PbEU 2018, L 312 (uitgifte: 07-12-2018, regelingnummer: 2018/1862)
- Inwerkingtreding
27-12-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-11-2018, PbEU 2018, L 312 (uitgifte: 07-12-2018, regelingnummer: 2018/1862)
- Vakgebied(en)
Privacy / Internationaal gegevensverkeer
Privacy / Verwerking persoonsgegevens
Douane (V)
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
Alvorens een persoon te signaleren of de geldigheidsduur van een signalering te verlengen, gaat een lidstaat na of het geval gepast, relevant en belangrijk genoeg is om een signalering in SIS te rechtvaardigen.
2.
Wanneer een persoon of een voorwerp gezocht wordt in het kader van een signalering die verband houdt met een terroristisch misdrijf, wordt de zaak beschouwd als gepast, relevant en belangrijk genoeg om een signalering in SIS te rechtvaardigen. Om redenen van openbare en nationale veiligheid kunnen lidstaten bij uitzondering geen signalering invoeren, wanneer te verwachten valt dat die signalering officiële of justitiële onderzoeken, opsporingsonderzoeken of procedures zal belemmeren.