NJ 2012/300
Ontbreken machtiging ex art. 97 lid 2 Sv; geen rechtsgevolg.
HR 14-02-2012, ECLI:NL:HR:2012:BT6962, m.nt. J.M. Reijntjes
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 februari 2012
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, H.A.G. Splinter-van Kan, W.F. Groos, Y. Buruma
- Zaaknummer
S 10/00011
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Noot
J.M. Reijntjes
- LJN
BT6962
- JCDI
JCDI:ADS96726:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BT6962, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑02‑2012
- Wetingang
Essentie
Nu het hof heeft vastgesteld dat de rechter-commissaris de hulpofficier van justitie mondeling had gemachtigd de woning te doorzoeken, kon het oordelen dat aan het vormverzuim dat zich in het dossier geen met redenen omklede machtiging bevond als bedoeld in art. 97 lid 2 Sv geen rechtsgevolgen behoefden te worden verbonden en dat met de constatering van het vormverzuim kon worden volstaan.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof te 's‑Gravenhage van 23 december 2009, nummer 22/004800-08, in de strafzaak tegen: B. Adv. mr. J.Y. Taekema, te 's‑Gravenhage. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.