Einde inhoudsopgave
Rijnvaartpolitiereglement 1995
Bijlage 11 Gegevens die in het Inland AIS-apparaat moeten worden ingevoerd: verklaring van de navigatiestatus en van het referentiepunt voor de positie-informatie op het schip
Geldend
Geldend vanaf 30-09-2023
- Bronpublicatie:
19-09-2023, Stb. 2023, 314 (uitgifte: 29-09-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
30-09-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-09-2023, Stb. 2023, 314 (uitgifte: 29-09-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Binnenvaart
Waterrecht (V)
1. Navigatiestatus
0 | under way using engine | is onderweg op de motor |
1 | at anchor | ligt voor anker |
2 | not under command | is niet manoeuvreerbaar |
3 | restricted manoeuvrability | is beperkt manoeuvreerbaar |
4 | constrained by her draught | is beperkt door de diepgang |
5 | moored | ligt afgemeerd |
6 | aground | zit aan de grond |
7 | engaged in fishing | is bezig met vissen |
8 | under way sailing | vaart onder zeil |
9 to 13 | reserved for future uses | gereserveerd voor toekomstig gebruik |
14 | AIS-SART (active) | AIS-SART (actief) |
15 | not defined | niet gedefinieerd |
2. Referentiepunt voor de positie-informatie op het vaartuig
- 2.1.
Als het Inland AIS-apparaat voor 1 december 2015 aan boord is ingebouwd:
- a)
In geval van een vaartuig
De schipper moet de aan de antenne gerelateerde waarden A, B, C en D met een nauwkeurigheid van 1 m invoeren.
Waarde A wordt in de richting van de boeg gemeten.
Verklaring van de waarden W, L, A, B, C en D voor een vaartuig
- b)
In geval van een samenstel
De schipper moet de aan de antenne gerelateerde waarden A, B, C en D met een nauwkeurigheid van 1 m en de waarden W en L met een nauwkeurigheid van 0,1 m invoeren.
Waarde A wordt in de richting van de boeg gemeten.
Verklaring van de waarden W, L, A, B, C en D voor een samenstel
- 2.2.
Als het Inland AIS-apparaat vanaf 1 december 2015 aan boord is ingebouwd:
- a)
In geval van een vaartuig
De schipper moet de aan de antenne gerelateerde waarden A, B, C en D met een nauwkeurigheid van 0,1 m invoeren.
Waarde A wordt in de richting van de boeg gemeten.
Verklaring van de waarden W, L, A, B, C en D voor een vaartuig
- b)
In geval van een samenstel
De schipper moet de aan de antenne gerelateerde waarden EA, EB, EC en ED met een nauwkeurigheid van 0,1 m invoeren.
Waarde EA wordt in de richting van de boeg gemeten.
Verklaring van de waarden EA, EB, EC en ED voor een samenstel