NJ 1955/337
Botsing tussen tram en vrachtauto op kruising rijweg en trambaan. Schuld? Referte bij concl. v. antw. in cass., bestrijding van het beroep bij pleidooi.
HR 25-03-1955, ECLI:NL:HR:1955:63, m.nt. Mr. L. E. H. Rutten
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 maart 1955
- Magistraten
Mrs. Donner, v. d. Meulen, Hijink, Losecaat Vermeer, Smits
- Zaaknummer
[25031955/NJ_1955-337]
- Conclusie
Mr. Langemeijer
- Noot
Mr. L. E. H. Rutten
- JCDI
JCDI:ADS135748:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1955:63, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑03‑1955
- Wetingang
(BW art. 1401; Rv art. 56.)
Essentie
Botsing tussen tram en vrachtauto op kruising rijweg en trambaan. Schuld? Referte bij concl. v. antw. in cass., bestrijding van het beroep bij pleidooi.
Samenvatting
Waarschuwingsbord onbewaakte overweg aan de linkerzijde van den weg. Heeft trammaatschappij gezorgd voor behoorlijke bebakening van den overweg? Snelheid, regering remvermogen tram? Geven van signalen? Onvoldoende bemanning tram?
Het voldoende bebakend zijn van het kruispunt betekent wel, dat de trammij. door geen verdere maatregelen ter bebakening te nemen niet met den op haar t.a.v. de bebakening rustenden rechtsplicht in strijd heeft gehandeld, maar daaruit volgt niet — en het is dan ook ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.