Einde inhoudsopgave
Europese Code inzake sociale zekerheid
Artikel 36
Geldend
Geldend vanaf 17-03-1968
- Redactionele toelichting
De inwerkingtreding is gecorrigeerd via een rectificatie (Trb. 1975, 71).
- Bronpublicatie:
16-04-1964, Trb. 1965, 47 (uitgifte: 24-03-1965, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
17-03-1968
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-04-1967, Trb. 1967, 53 (uitgifte: 01-01-1967, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Internationale sociale zekerheid / Algemeen
1.
In geval van arbeidsongeschiktheid, van algeheel verlies van de geschiktheid om inkomsten uit arbeid te verwerven, indien dit verlies waarschijnlijk blijvend zal zijn of van een overeenkomstige vermindering van de lichaamsgesteldheid, of van het overlijden van de kostwinner, zal de uitkering bestaan in een periodieke betaling, berekend overeenkomstig de bepalingen hetzij van artikel 65, hetzij van artikel 66.
2.
Wanneer bij gedeeltelijk verlies van de geschiktheid om inkomsten uit arbeid te verwerven dit verlies waarschijnlijk blijvend zal zijn, alsmede in geval van een overeenkomstige vermindering van de lichaamsgesteldheid, zal de verschuldigde uitkering bestaan in een periodieke betaling, vastgesteld in een passende verhouding tot die welke verstrekt wordt bij algeheel verlies van de geschiktheid om inkomsten uit arbeid te verwerven of bij een overeenkomstige vermindering van de lichaamsgesteldheid.
3.
De periodieke betaling kan vervangen worden door betaling van een som ineens:
- (a)
wanneer de mate van ongeschiktheid gering is; of
- (b)
wanneer een oordeelkundig gebruik van die som ten genoege van de bevoegde autoriteiten gewaarborgd wordt.