NJ 2012/563
Art. 6 EVRM. Tegenstrijdige uitspraken van rechtscolleges. Rechtszekerheid en coherente van rechtspraak. Geen derde of vierde instantie.
EHRM 20-10-2011, ECLI:NL:XX:2011:BV0703, m.nt. E.A. Alkema (Nejdet Sahin en Perihan Sahin/Turkije)
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Grote kamer)
- Datum
20 oktober 2011
- Magistraten
N. Bratza, J. Casadevall, N. Vajić, D. Spielmann, Ch. Rozakis, C. Bîrsan, A. Kovler, E. Fura, L. Mijović, E. Myjer, D.T. Björgvinsson, G. Nicolaou, L. López Guerra, N. Tsotsoria, A. Power-Forde, I. Karakaş, G. Raimondi
- Zaaknummer
13279/05
- Noot
E.A. Alkema
- LJN
BV0703
- Roepnaam
Nejdet Sahin en Perihan Sahin/Turkije
- JCDI
JCDI:ADS127550:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2011:BV0703, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Grote kamer), 20‑10‑2011
- Wetingang
EVRM art. 6
Essentie
Art. 6 EVRM. Tegenstrijdige uitspraken van rechtscolleges. Rechtszekerheid en coherente van rechtspraak. Geen derde of vierde instantie.
Samenvatting
Het echtpaar Şahin heeft voor de nationale rechter het besluit van de Turkse administratie aangevochten die hun de toekenning weigerde van het aanvullende pensioen in verband met het overlijden van hun zoon die als militair in actieve dienst was omgekomen bij een vliegtuigongeluk. De ouders meenden dat zij recht hadden op dit pensioen op basis van de interpretatie van de toepasbare antiterrorisme wetgeving door het Administratieve Gerecht van Ankara. Het Militaire Hoogste Gerechtshof weigerde echter het verzoek van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.