Rijkswet wijziging Statuut in verband met de opheffing van de Nederlandse Antillen
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 16-09-2010
- Bronpublicatie:
07-09-2010, Stb. 2010, 333 (uitgifte: 15-09-2010, kamerstukken: 32213)
- Inwerkingtreding
16-09-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-09-2010, Stb. 2010, 333 (uitgifte: 15-09-2010, kamerstukken: 32213)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Staatsinrichting
Wet van 7 september 2010 tot wijziging van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden in verband met de wijziging van de staatkundige hoedanigheid van de eilandgebieden van de Nederlandse Antillen
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat Curaçao en Sint Maarten de hoedanigheid van land in het Koninkrijk verkrijgen, dat Bonaire, Sint Eustatius en Saba toetreden tot het staatsbestel van Nederland, dat in verband daarmee besloten is om de Nederlandse Antillen op te heffen als land en dat daarom wijziging van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden noodzakelijk is;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State van het Koninkrijk gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, artikel 55 van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: