BR 2018/50
Verwervingskosten grond buitenwijkse weg, welke waardebepaling.
ABRvS 16-03-2018, ECLI:NL:RVS:2018:903
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
16 maart 2018
- Magistraten
Mrs. J.C. Kranenburg, J. Hoekstra en B.P.M. Ravels
- Zaaknummer
201410484/3/R2
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS36292:1
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Ruimtelijke ordening
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2018:903, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 16‑03‑2018
- Wetingang
(Art. 6.13 lid 1 aanhef en onder c Wro, art. 6.13 lid 5, art. 6.20 Wro; art. 6.2.3, 6.2.4 sub e Bro)
Essentie
Verwervingskosten grond buitenwijkse weg, welke waardebepaling.
Samenvatting
Op grond van artikel 6.13, eerste lid, aanhef en onder c, Wro bestaat de van een exploitatieplan deel uitmakende exploitatieopzet onder meer uit, voor zover nodig, een raming van de inbrengwaarden van de gronden en een raming van de andere kosten in verband met de exploitatie. Voor eerstgenoemde categorie bepaalt artikel 6.13, vijfde lid, Wro dat indien geen sprake is van onteigening de inbrengwaarde van gronden wordt vastgesteld met overeenkomstige toepassing van de artikelen 40b tot en met 40f Onteigeningswet. Voor gronden welke onteigend zijn of waarvoor een onteigeningsbesluit is genomen, of ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.