Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2015/848 betreffende insolventieprocedures
Artikel 27 Voorwaarden voor toegang tot gegevens via het systeem van onderlinge koppeling
Geldend
Geldend vanaf 25-06-2015
- Bronpublicatie:
20-05-2015, PbEU 2015, L 141 (uitgifte: 05-06-2015, regelingnummer: 2015/848)
- Inwerkingtreding
25-06-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-05-2015, PbEU 2015, L 141 (uitgifte: 05-06-2015, regelingnummer: 2015/848)
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Europees insolventierecht
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
1.
De lidstaten zorgen ervoor dat de in artikel 24, lid 2, onder a) tot en met j), bedoelde verplichte gegevens via het systeem van onderlinge koppeling van insolventieregisters kosteloos beschikbaar zijn.
2.
Deze verordening belet de lidstaten niet een redelijke vergoeding te vragen voor de toegang tot de in artikel 24, lid 3, bedoelde documenten of bijkomende informatie via het systeem van onderlinge koppeling van insolventieregisters.
3.
De lidstaten kunnen de toegang tot de verplichte gegevens betreffende natuurlijke personen die niet als zelfstandige een bedrijfs- of beroepsactiviteit uitoefenen en betreffende natuurlijke personen die als zelfstandige een bedrijfs- of beroepsactiviteit uitoefenen, wanneer de insolventieprocedure geen verband houdt met die activiteit, onderwerpen aan extra zoekcriteria met betrekking tot de schuldenaar, in aanvulling op de in artikel 25, lid 2, onder c), bedoelde minimumcriteria.
4.
De lidstaten kunnen verlangen dat pas toegang tot de in lid 3 bedoelde gegevens wordt verleend na een daartoe strekkend verzoek aan de bevoegde autoriteit. De lidstaten kunnen verlangen dat wordt geverifieerd of er een rechtmatig belang bij het krijgen van toegang tot de gegevens bestaat alvorens toegang wordt verleend. De verzoeker kan zijn verzoek om gegevens langs elektronische weg indienen, door middel van een standaardformulier via het Europese e-justitieportaal. Ingeval een rechtmatig belang wordt verlangd, is het de verzoeker toegestaan zijn verzoek te staven met elektronische afschriften van de ter zake dienende documenten. De verzoeker krijgt binnen drie werkdagen een antwoord van de bevoegde autoriteit.
De verzoeker wordt er niet toe verplicht vertalingen te leveren van de ter staving van zijn verzoek ingediende documenten, of de kosten te dragen voor een eventueel door de bevoegde autoriteit bezorgde vertaling.