NJB 2018/1247:Bestanddeel ‘voor gewapende strijd’ art. 205 lid 1 Sr: slechts dan is sprake van het werven ‘voor gewapende strijd’ indien een persoon wordt geworven met het oog op diens rechtstreekse inzet ten behoeve van de gewapende strijd. Het hof kon oordelen dat het werven van een persoon voor ‘het zorgen voor de bezittingen, het huishouden en de kinderen van een strijder’ niet zonder meer is aan te merken als het werven van iemand ‘voor gewapende strijd’ als bedoeld in art. 205 lid 1 Sr. De toepasselijke internationale regelgeving maakt dit niet anders