Einde inhoudsopgave
Richtsnoeren inzake regionale steunmaatregelen 2014–2020
2 Aan te melden regionale steun
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2014
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
23-07-2013, PbEU 2013, C 209 (uitgifte: 23-07-2013, regelingnummer: 2013/C209/01)
- Inwerkingtreding
01-07-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-07-2013, PbEU 2013, C 209 (uitgifte: 23-07-2013, regelingnummer: 2013/C209/01)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Marktintegratie
Mededingingsrecht / EU-mededingingsrecht
21
In beginsel moeten de lidstaten regionale steun aanmelden overeenkomstig artikel 108, lid 3, van het Verdrag (1), met uitzondering van maatregelen die voldoen aan de voorwaarden die zijn vastgesteld in een groepsvrijstellingsverordening die de Commissie heeft vastgesteld op grond van artikel 1 van Verordening (EG) nr. 994/98 van de Raad van 7 mei 1998 betreffende de toepassing van de artikelen 92 en 93 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap op bepaalde soorten van horizontale steunmaatregelen (2) (de machtigingsverordening).
22
De Commissie zal deze richtsnoeren toepassen op aangemelde regionalesteunregelingen en op individuele steun.
23
Voor individuele steun die krachtens een aangemelde regeling wordt toegekend, blijft de verplichting tot aanmelding uit hoofde van artikel 108, lid 3, van het Verdrag gelden indien de steun uit alle bronnen samen de aanmeldingsdrempel overschrijdt (3) of indien de steun wordt toegekend aan een begunstigde die dezelfde of een vergelijkbare activiteit in de EER heeft gesloten in een periode van twee jaar vóór zijn steunaanvraag of die op de datum van de steunaanvraag voornemens is dit soort activiteit te sluiten binnen een periode van twee jaar nadat de te subsidiëren investering is voltooid.
24
Voor investeringssteun aan een grote onderneming ten behoeve van de diversificatie van een bestaande vestiging in een steungebied onder c) naar nieuwe producten, blijft de verplichting tot aanmelding uit hoofde van artikel 108, lid 3, van het Verdrag gelden.
Voetnoten
De Commissie is voornemens vrijstelling van de aanmeldingsverplichting te verlenen voor ad-hocsteun ten behoeve van infrastructuur die voldoet aan de verenigbaarheidscriteria van een algemene groepsvrijstellingsverordening, ook al wordt deze steun niet in het kader van een regeling verleend.
PB L 142 van 14.5.1998, blz. 1.
Zie punt 20, onder n).