Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/830
Motivering strafoplegging. Oordeel hof dat reeds de enkele omstandigheid dat verdachte niet beschikt over een vaste woon- of verblijfplaats in Nederland in de weg staat aan de mogelijkheid tot tenuitvoerlegging van een taakstraf in Nederland dan wel Roemenië, niet zonder meer begrijpelijk.
HR 02-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1066
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 juli 2019
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
- Zaaknummer
18/00172
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1066, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑07‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:477, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑05‑2019
Essentie
Motivering strafoplegging. Oordeel hof dat reeds de enkele omstandigheid dat verdachte niet beschikt over een vaste woon- of verblijfplaats in Nederland in de weg staat aan de mogelijkheid tot tenuitvoerlegging van een taakstraf in Nederland dan wel Roemenië, niet zonder meer begrijpelijk.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 18/00172
Datum 2 juli 2019
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden, van 27 december 2017, nummer 21/006971-16, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1987,
hierna: de verdachte.