Einde inhoudsopgave
Wet op het financieel toezicht
Artikel 3:301 [Goedkeuring consoliderende toezichthouder vereist]
Geldend
Geldend vanaf 26-11-2015
- Bronpublicatie:
11-11-2015, Stb. 2015, 431 (uitgifte: 25-11-2015, kamerstukken: 34208)
- Inwerkingtreding
26-11-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-11-2015, Stb. 2015, 435 (uitgifte: 25-11-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Een EU-moederinstelling met zetel in Nederland behoeft voor het sluiten of wijzigen van een overeenkomst voor het verlenen van financiële steun goedkeuring van de consoliderende toezichthouder.
2.
Indien de Nederlandsche Bank consoliderende toezichthouder is, kan zij, met inachtneming van de procedure in artikel 20 van de richtlijn herstel en afwikkeling van banken en beleggingsondernemingen, goedkeuring onthouden, indien de overeenkomst niet voldoet aan het bepaalde ingevolge de artikelen 19, vijfde lid, onderdeel b, zevende en achtste lid, en 23 van de richtlijn herstel en afwikkeling van banken en beleggingsondernemingen.