NJ 1930, p. 1143
Ordeverstoring in een gemeenteraadsvergadering door een raadslid. "Weigering zich te verwijderen. Toepasselijkheid van art. 139 Sr. Wederspannigheid.
HR 26-05-1930, ECLI:NL:HR:1930:95
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 mei 1930
- Magistraten
Mrs. Jhr. de Savornin Lohman, Savelberg, Jhr. Feith, Taverne en Kranenburg
- Zaaknummer
[26051930/NJ_1930,_p._1143]
- Conclusie
Conclusie van den Adv.-Gen. Besier.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS151792:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1930:95, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑05‑1930
- Wetingang
Essentie
Ordeverstoring in een gemeenteraadsvergadering door een raadslid. "Weigering zich te verwijderen. Toepasselijkheid van art. 139 Sr. Wederspannigheid.
Samenvatting
Een nadere motiveering van het niet aannemen v. e. in strijd met de bewezenverklaring zijnde feitelijke bewering v. verdachte wordt door de wet niet geëischt.
De stelling, dat een raadslid als zoodanig niet het misdrijf van art. 139 Sr. kan plegen en een Regl. van Orde daaraan niets kan veranderen, is onjuist. Immers een Regl. van orde heeft o. m. ten doel om een onbelemmerden gang van zaken in de vergaderingen v. d. Raad te waarborgen en aan deze ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.