Einde inhoudsopgave
Aanwijzingen voor de regelgeving
Officiële Toelichting
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2018
- Bronpublicatie:
22-12-2017, Stcrt. 2017, 69426 (uitgifte: 29-12-2017, regelingnummer: 3215945)
- Inwerkingtreding
01-01-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2017, Stcrt. 2017, 69426 (uitgifte: 29-12-2017, regelingnummer: 3215945)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Staatsrecht / Wetgeving
Eerste lid. De strafsanctie op de overtreding van een voorschrift in een algemene maatregel van bestuur (of een ministeriële regeling) kan ingevolge artikel 89, tweede en vierde lid, van de Grondwet niet in dat besluit (of die ministeriële regeling) worden geregeld. De wet dient de strafsoort en de maximaal op te leggen straf te bepalen.
Derde lid. Ingevolge artikel 9, derde lid, van het Wetboek van Strafrecht kan de rechter, indien de wet dit bepaalt, naast gevangenisstraf of hechtenis ook een geldboete opleggen. Deze formulering geeft die mogelijkheid aan. Zie voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba: artikel 17a, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht BES. In Europees Nederland kan de rechter voor misdrijven die worden bedreigd met een vrijheidsstraf of geldboete en voor overtredingen die worden bedreigd met een vrijheidsstraf in plaats van een vrijheidsstraf of geldboete ook een taakstraf opleggen (artikel 9, tweede lid, van het Wetboek van Strafecht). Het Wetboek van Strafrecht BES kent niet de mogelijkheid om een taakstraf op te leggen.
Gevangenisstraf en hechtenis zijn altijd alternatieven, zodat daaruit gekozen moet worden. Deze keuze hangt samen met de op grond van aanwijzing 5.46 te maken keuze: misdrijven worden met gevangenisstraf bedreigd, overtredingen (indien het wenselijk is om voor de overtreding ook een vrijheidsstraf te kunnen opleggen) met hechtenis.
Voorbeeld bij het tweede lid
- —
Overtreding van het eerste lid wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie. (Artikel 45, tweede lid, van de Drank- en Horecawet)