Einde inhoudsopgave
Verdrag tot oprichting van de energiegemeenschap
Bijlage II Tijdschema voor de tenuitvoerlegging van het acquis communautaire op milieugebied
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2006
- Redactionele toelichting
Bron iwtr.: eur-lex.europa.eu.
- Bronpublicatie:
25-10-2005, PbEU 2006, L 198 (uitgifte: 20-07-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-10-2005, PbEU 2006, L 198 (uitgifte: 20-07-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
Energierecht (V)
1
Elke verdragsluitende partij legt Richtlijn 85/337/EEG van de Raad van 27 juni 1985 betreffende de milieu-effectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten, gewijzigd bij Richtlijn 97/11/EG van de Raad van 3 maart 1997 en Richtlijn 2003/35/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 mei 2003, met ingang van de datum van inwerkingtreding van dit verdrag ten uitvoer.
2
Elke verdragsluitende partij legt Richtlijn 1999/32/EG van de Raad van 26 april 1999 betreffende een vermindering van het zwavelgehalte van bepaalde vloeibare brandstoffen en tot wijziging van Richtlijn 93/12/EEG uiterlijk 31 december 2011 ten uitvoer.
3
Elke verdragsluitende partij legt Richtlijn 2001/80/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2001 inzake de beperking van de emissies van bepaalde verontreinigende stoffen in de lucht door grote stookinstallaties uiterlijk 31 december 2017 ten uitvoer.
4
Elke verdragsluitende partij legt artikel 4, lid 2, van Richtlijn 79/409/EEG van de Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand met ingang van de datum van inwerkingtreding van dit verdrag ten uitvoer.