Einde inhoudsopgave
RvdW 2010, 515
Betaling door derde in zin van art. 6:30 BW waarmee openstaande kredietfaciliteit is afgelost?; vereiste van betaling ter kwijting. Ontslag uit hoofdelijke aansprakelijkheid overeengekomen? Verjaring vordering?; opeisbaarheid. Rechtsverwerking? Cassatieberoep verworpen met toepassing van art. 81 RO.
HR 09-04-2010, ECLI:NL:HR:2010:BL0594 (Meijsen Holding/ING)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 april 2010
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, A. Hammerstein, F.B. Bakels, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
08/03915
- Conclusie
A-G Timmerman
- LJN
BL0594
- Roepnaam
Meijsen Holding/ING
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BL0594, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑04‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BL0594, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑01‑2010
Essentie
Betaling door derde in zin van art. 6:30 BW waarmee openstaande kredietfaciliteit is afgelost?; vereiste van betaling ter kwijting . Ontslag uit hoofdelijke aansprakelijkheid overeengekomen? Verjaring vordering?; opeisbaarheid. Rechtsverwerking? Cassatieberoep verworpen met toepassing van art. 81 RO.
Partij(en)
[Eiseres], te [vestigingsplaats], eiseres tot cassatie, adv.: mr. R.A.A. Duk,
tegen
ING Bank N.V., te Amsterdam, verweerster in cassatie, adv.: mr. P.J.M. von Schmidt auf Altenstadt.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
ING heeft bij exploot van 21 oktober 2003 [eiseres] gedagvaard voor de rechtbank Roermond en gevorderd, kort gezegd, [eiseres] te veroordelen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.