NJ 1934, p. 1031
Verduistering van gelden van een bond door een bezoldigd bestuurder. Persoonlijke dienstbetrekking? Werden de gelden verd.’s eigendom door storting op te zijnen name staande rekeningen bij eene bank en bij de postgiro ?
HR 05-02-1934, ECLI:NL:HR:1934:169, m.nt. Prof. Mr. W.P.J. Pompe
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 februari 1934
- Magistraten
Mrs. Jhr. Feith, Taverne, Schepel, Fick en Donner
- Zaaknummer
[05021934/NJ_1934,_p._1031]
- Noot
Prof. Mr. W.P.J. Pompe
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS103964:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1934:169, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑02‑1934
- Wetingang
Essentie
Verduistering van gelden van een bond door een bezoldigd bestuurder. Persoonlijke dienstbetrekking? Werden de gelden verd.’s eigendom door storting op te zijnen name staande rekeningen bij eene bank en bij de postgiro ?
Samenvatting
Het door verd. onder zich krijgen en hebben van geld heeft het Hof kunnen afleiden uit verd.’s eigen opgave, dat hij de kas hield en de gelden beheerde, die bewaard werden in zijn woning en dat hij ten gerieve van den Bond eene rekening op zijn naam had zoowel bij de Ned. Middenstandsbank als bij de postgiro.
Het feit, dat verd. het geld ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.