NJ 1916, p. 417
Conservatoir derde arrest ten laste van een buitenslands wonenden schuldenaar. Bevoegdheid.
HR 24-12-1915, ECLI:NL:HR:1915:61
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 december 1915
- Magistraten
Voorzitter: Jhr. Mr. W. H. de Savornin Lohman., Raden: Mrs. B. C. J. Loder, J. A. A. Bosch, A. Fentener van Vlissingen en A. P. L. Nelissen.
- Zaaknummer
[241915/NJ_1916,_p._417]
- Conclusie
Mr. Tak
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS147812:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1915:61, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑12‑1915
- Wetingang
Essentie
Conservatoir derde arrest ten laste van een buitenslands wonenden schuldenaar. Bevoegdheid.
Samenvatting
Een onbevoegdverklaring hierop steunende, dat de beoordeeling en de beslissing van de zaak niet is opgedragen aan de Nederlandsche rechterlijke macht, kan niet van een door den verweerder gedaan beroep op onbevoegdheid afhankelijk zijn, daar het ontbreken van zulk een beroep den rechter niet de bevoegdheid kan verkenen, welke de wet hem heeft onthouden. Partijen zijn vreemdelingen en er blijkt niet van een competenten rechter volgens Rv.; er is beslag gelegd, echter niet dat van art. 764 Rv., doch het derde arrest van art. 735 v.v. Rv. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.