Besluit gevolgen van de non-discriminatiebepalingen (België, Suriname en Aruba) voor de Wet inkomstenbelasting 2001
1.2 Achtergrond
Geldend
Geldend vanaf 21-12-2019. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2019
- Bronpublicatie:
16-12-2019, Stcrt. 2019, 66191 (uitgifte: 20-12-2019, regelingnummer: 2019-1846500)
- Inwerkingtreding
21-12-2019, terugwerkend tot: 01-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-12-2019, Stcrt. 2019, 66191 (uitgifte: 20-12-2019, regelingnummer: 2019-1846500)
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Buitenlands belastingplichtige
Inkomstenbelasting / Heffingskorting
Inkomstenbelasting / Persoonsgebonden aftrek
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
Internationaal belastingrecht / Discriminatieverbod
Inkomstenbelasting / Algemeen
Voor natuurlijke personen zijn specifieke non-discriminatiebepalingen opgenomen in het belastingverdrag Nederland-België1., in het belastingverdrag Nederland-Suriname2. en in de BRK3.. Deze specifieke non-discriminatiebepalingen komen er wat de Nederlandse belastingheffing betreft op neer dat inwoners van België, Suriname en Aruba recht hebben op dezelfde persoonlijke aftrekken, tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van burgerlijke staat of samenstelling van het gezin als inwoners van Nederland. Uit jurisprudentie4. volgt dat het gaat om alle aftrekken, tegemoetkomingen en verminderingen die verband houden met de omstandigheid dat de belastingplichtige rechtstreeks uit het familierecht voortvloeiende verplichtingen en lasten heeft.
De in de aanhef bedoelde vervanging van het besluit van 20 april 2010 was nodig in verband met een aantal wijzigingen in de Wet IB 2001, de gewijzigde staatkundige verhouding binnen het Koninkrijk en het nieuwe belastingverdrag Nederland-Duitsland. De belangrijkste wijzigingen zijn:
- –
Als gevolg van de gewijzigde staatkundige verhoudingen zijn per 1 oktober 2010 de eilanden Curaçao, Aruba5. en Sint Maarten onafhankelijke landen binnen het Koninkrijk en de eilanden Bonaire, Sint Eustatius en Saba openbare lichamen van het land Nederland.
- –
De BRK is alleen nog van toepassing in de relatie tussen Nederland en Aruba.
- –
In de relatie tot Curaçao en Sint Maarten zijn respectievelijk de Belastingregeling Nederland-Curaçao (van toepassing met ingang van 1 januari 2016) en de Belastingregeling Nederland-Sint Maarten (van toepassing met ingang van 1 januari 2017) overeengekomen. Een specifieke non-discriminatiebepaling voor natuurlijke personen is niet in deze regelingen opgenomen.
- –
In het nieuwe belastingverdrag Nederland-Duitsland is geen met het grensarbeidersprotocol overeenkomende regeling meer opgenomen.
- –
De keuzeregeling voor buitenlandse belastingplichtigen is vervangen door de regeling voor kwalificerende buitenlandse belastingplichtigen.
- –
In de Wet IB 2001 is opgenomen dat buitenlandse belastingplichtigen recht hebben op het heffingvrije vermogen.
- –
Met ingang van 1 januari 2019 is de toepassing van de arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting in de inkomstenbelasting voor inwoners van buiten de landenkring6. gewijzigd.
De gevolgen van de specifieke non-discriminatiebepalingen voor de Wet IB 2001 voor de inwoners van België, Suriname en Aruba zijn uitgewerkt in onderdeel 2. Bijzonderheden rondom de regeling voor kwalificerende buitenlandse belastingplichtigen en de pro rata parte-regeling voor de inwoners van België komen in onderdeel 3 aan de orde.
Voetnoten
Artikel 26, tweede paragraaf, Verdrag Nederland-België.
Artikel 25, tweede lid, Verdrag Nederland-Suriname.
Artikel 39, BRK.
Hoge Raad 19 februari 2010, nr. 08/02184, ECLI:NL:HR:2010:BL4317.
Reeds sinds 1986.
Lidstaten van de Europese Unie, staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, Zwitserland en de BES-eilanden.