Einde inhoudsopgave
Wet educatie en beroepsonderwijs
Artikel 6.2.3c Schorsing examinering of diplomering bij wezenlijk vermoeden dat de waarde van diploma’s en certificaten in het geding is
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2023
- Bronpublicatie:
07-06-2023, Stb. 2023, 212 (uitgifte: 21-06-2023, kamerstukken: 35920)
- Inwerkingtreding
01-08-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-06-2023, Stb. 2023, 213 (uitgifte: 21-06-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
1.
Onverminderd de artikelen 6.2.2 tot en met 6.2.3b kan Onze Minister besluiten dat ten aanzien van een beroepsopleiding aan een niet uit ’s Rijks kas bekostigde instelling als bedoeld in artikel 1.4.1 gedurende ten hoogste zes maanden rechten kunnen worden geschorst indien:
- a.
het bevoegd gezag wat betreft het onderwijs of de examinering tekortschiet in de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze wet;
- b.
er daardoor of mede daardoor een wezenlijk vermoeden bestaat dat niet aan alle voorwaarden wordt voldaan om tot diplomering over te gaan of de kwaliteit van de examens in grote mate niet voldoet aan de standaarden, bedoeld in artikel 7.4.4; en
- c.
de inzet van andere bevoegdheden van Onze Minister op grond van deze wet niet kan worden afgewacht.
2.
Onze Minister schorst uitsluitend:
- a.
het recht op examinering voor de betreffende beroepsopleiding, of een deel daarvan;
- b.
het recht om voor die opleiding een diploma als bedoeld in artikel 7.4.6 te verstrekken;
- c.
het recht om voor onderdelen van die opleiding een certificaat als bedoeld in artikel 7.2.3 te verstrekken; of
- d.
het recht om voor onderdelen van die opleiding een mbo-verklaring als bedoeld in artikel 7.4.6a te verstrekken.