Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2016/1103 tot uitvoering van de nauwere samenwerking op het gebied van de bevoegdheid, het toepasselijke recht en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen op het gebied van huwelijksvermogensstelsels
Artikel 58 Aanvaarding van authentieke akten
Geldend
Geldend vanaf 28-07-2016
- Bronpublicatie:
24-06-2016, PbEU 2016, L 183 (uitgifte: 08-07-2016, regelingnummer: 2016/1103)
- Inwerkingtreding
28-07-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2016, PbEU 2016, L 183 (uitgifte: 08-07-2016, regelingnummer: 2016/1103)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Europees personen- en familierecht
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
1.
Een in een lidstaat verleden authentieke akte heeft in een andere lidstaat dezelfde bewijskracht als in de lidstaat van oorsprong, of althans de daarmee meest vergelijkbare bewijskracht, op voorwaarde dat dit niet kennelijk strijdig is met de openbare orde van die andere lidstaat.
Een persoon die van een authentieke akte gebruik wenst te maken in een andere lidstaat, kan de instantie die de authentieke akte in de lidstaat van oorsprong heeft opgemaakt, verzoeken het volgens de in artikel 67, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure vastgestelde formulier in te vullen waarin de bewijskracht wordt vermeld die in de lidstaat van oorsprong aan de authentieke akte wordt verbonden.
2.
De echtheid van de authentieke akte wordt uitsluitend voor een gerecht van de lidstaat van oorsprong en volgens het recht van die lidstaat betwist. Een authentieke akte die wordt betwist, heeft geen bewijskracht in een andere lidstaat zolang het bevoegde gerecht zich niet heeft uitgesproken.
3.
De in de authentieke akte vastgelegde rechtshandelingen of rechtsbetrekkingen worden uitsluitend betwist voor de krachtens deze verordening bevoegde gerechten, op grond van het volgens hoofdstuk III toepasselijke recht. Een authentieke akte die wordt betwist, heeft, wat het bestreden punt betreft, in een andere lidstaat dan de lidstaat van oorsprong geen bewijskracht zolang het bevoegde gerecht zich niet heeft uitgesproken.
4.
Indien de uitkomst van een procedure voor een gerecht van een lidstaat afhangt van het beslechten van een incidenteel verzoek met betrekking tot de in een authentieke akte ter zake van huwelijksvermogensstelsels vastgelegde rechtshandelingen of rechtsbetrekkingen, is dat gerecht bevoegd om van dat verzoek kennis te nemen.