Einde inhoudsopgave
Verdrag betreffende de overeenkomst tot internationaal vervoer van goederen over de weg
Artikel 22 [Gevaarlijke goederen]
Geldend
Geldend vanaf 02-07-1961
- Bronpublicatie:
19-05-1956, Trb. 1957, 84 (uitgifte: 24-06-1957, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
02-07-1961
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-05-1961, Trb. 1961, 48 (uitgifte: 01-01-1961, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Vervoersrecht / Wegvervoer
1.
Indien de afzender aan de vervoerder gevaarlijke goederen aanbiedt, licht hij hem in over de juiste aard van het gevaar, dat zij opleveren, en geeft hij, zo nodig, de te nemen voorzorgsmaatregelen aan. Indien deze inlichting niet in de vrachtbrief is vermeld, staat het aan de afzender of de geadresseerde met enig ander middel te bewijzen, dat de vervoerder kennis heeft gedragen van de juiste aard van het gevaar, dat het vervoer van de voornoemde goederen opleverde.
2.
De gevaarlijke goederen, die niet, gegeven het bepaalde in het eerste lid van dit artikel, als zodanig aan de vervoerder bekend waren, kunnen op ieder ogenblik en op iedere plaats door de vervoerder worden gelost, vernietigd of onschadelijk gemaakt en wel zonder enige schadevergoeding; de afzender is bovendien aansprakelijk voor alle kosten en schaden, voortvloeiende uit de aanbieding ten vervoer of uit het vervoer zelf.