NJ 1953/618
Opzet om te beledigen. — Strafuitsluitingsgrond van art. 261, 3e lid, niet aanwezig geacht. — Klacht ter zake van smaadschrift kan basis vormen voor veroordeling ter zake van belediging.
HR 16-06-1953, ECLI:NL:HR:1953:23
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 juni 1953
- Magistraten
Mrs Fick, Feber, van Berckel, Westerouen van Meeteren Rapp., Haga
- Zaaknummer
[16061953/NJ_1953-618]
- Conclusie
Jhr. Mr. Dr. Van Asch van Wijck
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS134933:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1953:23, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑06‑1953
- Wetingang
Essentie
Opzet om te beledigen. — Strafuitsluitingsgrond van art. 261, 3e lid, niet aanwezig geacht. — Klacht ter zake van smaadschrift kan basis vormen voor veroordeling ter zake van belediging.
Samenvatting
De Rechtb.: „Een dergelijk opzet is reeds aanwezig, indien de dader het beledigende karakter der door hem gebezigde uitdrukkingen noodzakelijkerwijze moet hebben begrepen en de Rechtb. is van oordeel, dat verd. dit i.c. ook heeft begrepen, omdat het terstond opvalt, dat de met betrekking tot D. en E. gebezigde woorden denigrerend zijn." Door de H. R. als deugdelijke motivering geaccepteerd.
De rechter, vaststellende dat niet aanwezig is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.