Einde inhoudsopgave
Paspoortuitvoeringsregeling Koninklijke Marechaussee 2001
Artikel 43 Bestelling
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2021
- Bronpublicatie:
06-12-2020, Stcrt. 2020, 63416 (uitgifte: 11-12-2020, regelingnummer: 2020-0000691383)
- Inwerkingtreding
01-01-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-12-2020, Stcrt. 2020, 63416 (uitgifte: 11-12-2020, regelingnummer: 2020-0000691383)
- Vakgebied(en)
Privacy / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
Internationaal publiekrecht / Diplomatiek en consulair recht
1.
De noodpaspoorten worden met gebruikmaking van het daartoe door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties beschikbaar gestelde formulier door de daartoe aangewezen ambtenaar maximaal vier maal binnen een jaar bij de leverancier besteld.
2.
Het aantal blanco noodpaspoorten dat binnen een jaar kan worden besteld, wordt bepaald door de leverancier en is gebaseerd op het gemiddelde jaarlijkse aantal verstrekte documenten, in de periode tussen 1 oktober en 30 september, vermeerderd met vijf procent. De leverancier maakt jaarlijks voor 1 november het aantal te bestellen noodpaspoorten voor het daaropvolgende jaar bekend aan de Commandant van het Wapen der Koninklijke Marechaussee.
3.
Indien tussen twee bestellingen blijkt dat de voorraad noodpaspoorten ontoereikend zal zijn, kan een opdracht voor een spoedbestelling worden geplaatst. De opdracht voor een spoedbestelling kan slechts worden gedaan, nadat in overleg met de leverancier is vastgesteld dat het aflevertijdstip van de eerstvolgende bestelopdracht niet kan worden vervroegd. De omvang van de spoedbestelling is niet groter dan noodzakelijk om de periode tot de levering van de eerstvolgende bestelling te overbruggen.
4.
Alvorens een bestelopdracht te plaatsen, wordt nagegaan of de in artikel 42 bedoelde gegevens, nog juist zijn.
5.
Indien gegevens zijn gewijzigd, dient het nieuwe registratieformulier minstens vijf werkdagen voor het plaatsen van een nieuwe bestelopdracht in het bezit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties te zijn.