Einde inhoudsopgave
Bankwet 1998
Artikel 21
Geldend
Geldend vanaf 01-06-1998
- Redactionele toelichting
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag waarop de Europese Centrale Bank en het Europees Stelsel van Centrale Banken overeenkomstig artikel 109 L, lid 1, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap worden opgericht (20-04-1998, Stb. 244).
- Bronpublicatie:
26-03-1998, Stb. 1998, 200 (uitgifte: 09-04-1998, kamerstukken: 25719)
- Inwerkingtreding
01-06-1998
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-05-1998, Stb. 1998, 313 (uitgifte: 29-05-1998, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
1.
Bevat wijzigingen in de Wet toezicht kredietwezen 1992.
2.
Op het tijdstip dat de derde fase van de Economische en Monetaire Unie ingaat en indien Nederland op dat tijdstip niet een derogatie heeft als bedoeld in artikel 109 K van het Verdrag, danwel op het tijdstip dat deze derogatie van Nederland wordt ingetrokken na het ingaan van de derde fase, wordt de Wet toezicht kredietwezen 1992 als volgt gewijzigd:
Bevat wijzigingen in de Wet toezicht kredietwezen 1992.
3.
Het in het tweede lid bedoelde tijdstip wordt door Onze Minister in de Staatscourant bekend gemaakt.