Einde inhoudsopgave
Burgerlijk Wetboek Boek 7
Artikel 738e [Aansprakelijkheid bij arbeidsongeschiktheid of overlijden]
Geldend
Geldend vanaf 01-02-2018
- Bronpublicatie:
20-12-2017, Stb. 2018, 9 (uitgifte: 31-01-2018, kamerstukken: 34794)
- Inwerkingtreding
01-02-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-01-2018, Stb. 2018, 10 (uitgifte: 31-01-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
De scheepsbeheerder is aansprakelijk voor de schade die de zeevarende lijdt als gevolg van het niet nakomen door de werkgever van zijn contractuele verplichtingen tot vergoeding van door de zeevarende geleden schade in verband met langdurige ongeschiktheid tot werken of overlijden ten gevolge van een ongeval of ziekte in verband met de zee-arbeidsovereenkomst.
2.
De scheepsbeheerder is verplicht een verzekering in stand te houden ter dekking van zijn aansprakelijkheid uit hoofde van lid 1. Artikel 738c is van overeenkomstige toepassing.
3.
De verzekeraar voldoet de verschuldigde vergoeding van de schade, bedoeld in lid 1, onverwijld. Indien de aard van de langdurige ongeschiktheid tot werken, bedoeld in lid 1, de vaststelling van de omvang van de schadevergoeding bemoeilijkt, stelt de verzekeraar een voorschot beschikbaar aan de zeevarende om onbillijke gevolgen te voorkomen.
4.
De verzekeraar is slechts bevoegd tot tussentijdse opzegging van de verzekeringsovereenkomst, indien hij daarvan ten minste dertig dagen van te voren schriftelijk of elektronisch mededeling heeft gedaan aan de door Onze Minister van Infrastructuur en Milieu aangewezen autoriteit.
5.
De verzekeraar is verplicht om onverwijld aan de autoriteit, bedoeld in lid 4, schriftelijk of elektronisch mededeling te doen van de schorsing of beëindiging van de verzekeringsovereenkomst. De autoriteit draagt zorg dat de mededeling zo spoedig mogelijk door tussenkomst van de kapitein van het zeeschip, aan boord waarvan de zeevarende dienst doet, wordt bekend gemaakt aan de zeevarende.
6.
Vorderingen tot schadevergoeding, die krachtens dit artikel door een verzekering worden gedekt, kunnen rechtstreeks door de zeevarende of in geval van zijn overlijden, door diens nagelaten betrekkingen, bedoeld in artikel 674, lid 3, worden ingesteld tegen de verzekeraar. Artikel 738b is van overeenkomstige toepassing.