NJ 2010, 35
Journalist in dienst van Russische marine strafrechtelijk veroordeeld wegens hoogverraad, bestaande uit het verzamelen en bezitten van staatsgeheimen met de intentie deze door te geven aan Japanse journalist. Voorzienbaarheid strafrechtelijke aansprakelijkheid. Beperking van de uitingsvrijheid voorzien bij wet en proportioneel. Geen strijd met art. 10 EVRM.
EHRM 22-10-2009, ECLI:NL:XX:2009:BL1166
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
22 oktober 2009
- Magistraten
C. Rozakis, N. Vajić, A. Kovler, E. Steiner, K. Hajiyev, G. Malinverni, G. Nicolaou
- Zaaknummer
69519/01
- LJN
BL1166
- JCDI
JCDI:ADS161090:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Informatierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2009:BL1166, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 22‑10‑2009
- Wetingang
EVRM art. 10
Essentie
Journalist in dienst van Russische marine strafrechtelijk veroordeeld wegens hoogverraad, bestaande uit het verzamelen en bezitten van staatsgeheimen met de intentie deze door te geven aan Japanse journalist. Voorzienbaarheid strafrechtelijke aansprakelijkheid. Beperking van de uitingsvrijheid voorzien bij wet en proportioneel. Geen strijd met art. 10 EVRM.
Samenvatting
De Russische Grondwet van 12 december 1993 schrijft voor dat bij federale wet wordt bepaald welke informatie staatsgeheim is. De Wet op de Staatsgeheimen van 21 juli 1993 gaf tot een wetswijziging van 6 oktober 1997 slechts aan welke soort informatie als staatsgeheim zou kunnen worden aangemerkt. Vanaf 2003 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.