HR, 13-07-2010, nr. S 08/03871 E

Documentgegevens:

HR 13-07-2010, ECLI:NL:HR:2010:BM0256

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 13 juli 2010
Magistraten: Mrs. Van Dorst, De Savornin Lohman, De Hullu, Splinter-van Kan en Sterk
Zaaknummer: S 08/03871 E
Conclusie: A‑G Vellinga
LJN: BM0256
Vakgebied(en): Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2010:BM0256, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑07‑2010
Wetingang: Sv art. 348; Sv art. 350; Sv art. 358; Sv art. 359; Sv art. 359a; Sv art. 360; Sv art 415; Sv art. 423; WBB art. 13; WED art. 1; WED art. 2

Essentie

De verdachte werd in hoger beroep veroordeeld tot geldboetes wegens een groot aantal milieumisdrijven (Wet milieubeheer, Wet op de ruimtelijke ordening, Wet bodembescherming).

Het derde middel bevat de klacht dat het hof wat betreft feit 6 heeft ‘nagelaten de kwalificatie ten aanzien van dit feit in zijn arrest aan te passen’ en dat het art. 62 Sr niet heeft geschrapt als wettelijk voorschrift waarop de strafoplegging mede is gegrond.

De Hoge Raad overweegt:

‘3.2 De Economische politierechter heeft het onder 6 bewezenverklaarde gekwalificeerd als ‘overtreding van een voorschrift gesteld ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.