NJB 2010, 874
HR, 30-03-2010, nr. 08/02613 P
HR 30-03-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK2142
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 maart 2010
- Magistraten
Mrs. Van Dorst, Splinter-van Kan
- Zaaknummer
08/02613 P
- Conclusie
A‑G Vellinga
- LJN
BK2142
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK2142, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑03‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK2142, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑10‑2009
- Wetingang
Essentie
Ontnemingszaak (€ 131 068,75)
Het gehele onechtmatig verkregen voordeel bedroeg € 174 758,34. De rechtbank wees het gehele bedrag toe aan de betrokkene. In hoger beroep werd aan de betrokkene door het hof toegewezen 3/4 deel van het geheel: € 131 068,75.
Ook daartegen werd beroep in cassatie ingesteld.
Als klacht werd namens hem allereerst aangevoerd dat de toerekening van € 131 068,75 aan hem, moet kunnen worden ontleend aan de gebezigde bewijsmiddelen. Dit middel slaagt niet. De Hoge Raad overweegt:
‘(…) Aldus stelt het middel een eis die het recht niet kent. Voldoende is dat van die vastgestelde rolverdeling uit het onderzoek ter terechtzitting ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.