NJB 2010, 503
HR, 19-02-2010, nr. 08/04493
HR 19-02-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK9031
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 februari 2010
- Magistraten
Mrs. Koster, Ilsink en Loth
- Zaaknummer
08/04493
- Conclusie
A‑G Aben
- LJN
BK9031
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK9031, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑02‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK9031, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑01‑2010
Conclusie, Hoge Raad (Procureur-Generaal), 05‑01‑2010
- Wetingang
Sv art. 361
Essentie
De verdachte werd in hoger beroep wegens
(1)
(1) poging tot moord en
(2)
(2) poging tot doodslag veroordeeld tot twaalf jaren gevangenisstraf.
De benadeelde partij, vertegenwoordigd door mr.J.B.J.G.M. Schyns, advocaat te Venlo, werd daarbij in haar vordering niet-ontvankelijk verklaard.
De middelen in de hoofdzaak werden afgedaan met toepassing van art. 81 Wet RO.
Het middel van de benadeelde partij bevat de klacht dat het hof haar ten onrechte, althans op ontoereikende gronden, niet-ontvankelijk heeft verklaard in haar vordering.
Deze niet-ontvankelijkheid van twee benadeelde partijen waarvan er één in cassatie ging, werd door het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.