NJB 2010, 284
HR, 19-01-2010, nr. 08/00531
HR 19-01-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK2884
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 januari 2010
- Magistraten
Mrs. Van Dorst, Splinter-van Kan en Groos
- Zaaknummer
08/00531
- Conclusie
A‑G Machielse
- LJN
BK2884
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK2884, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑01‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK2884, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑11‑2009
- Wetingang
Essentie
De verdachte werd in hoger beroep veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden en een werkstraf van 120 uren wegens feitelijke aanranding van de eerbaarheid, meermalen gepleegd.
Het (tweede) middel bevat klachten over de overwegingen van het hof omtrent het bewijs. Dit is een voorbeeld van de gevaren die een nadere bewijsoverweging met zich brengt. De ‘overwegingen omtrent het bewijs’ van het hof, waartegen de stellers van het middel opkomen, zijn opgenomen in Bijlage A.
De Hoge Raad overweegt:
‘2.3 Bij de beoordeling van het middel dient het volgend te worden vooropgesteld. Indien het gaat om ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.