HR, 24-11-2009, nr. 07/12595 B

Documentgegevens:

HR 24-11-2009, ECLI:NL:HR:2009:BI2281

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 24 november 2009
Magistraten: Mrs. Van Dorst, De Hullu, Splinter-van Kan, Groos en Sterk
Zaaknummer: 07/12595 B
Conclusie: A‑G Bleichrodt
LJN: BI2281
Vakgebied(en): Internationaal strafrecht / Overdracht en overname strafvervolging
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Bijzonder strafrecht (V)
Strafprocesrecht / Voorfase
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2009:BI2281, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 24‑11‑2009
ECLI:NL:PHR:2009:BI2281, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑04‑2009
Wetingang: Sv art. 359; Sv art. 552a; WOTS art. 13a; WOTS art. 13d; WOTS art. 13e

Essentie

De rechtbank verklaarde bij beschikking van 25 mei 2007 ongegrond het beklag van de klaagster, een N.V., strekkende tot opheffing van het onder haar gelegde strafvorderlijk conservatoir beslag op 51 606 aandelen PSTD.

In twee middelen wordt opgekomen tegen het oordeel van de Rechtbank dat het voortduren van het beslag in overeenstemming is met de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit.

De middelen, aldus de Hoge Raad, falen omdat een toetsing van de proportionaliteit en de subsidiariteit van het (voortduren van) de inbeslagneming, anders dan door de middelen tot uitgangspunt wordt genomen, niet aan de rechter is. zodat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.