JOL 2007, 868
HR, 18-12-2007, nr. 00212/07 B
HR 18-12-2007, ECLI:NL:HR:2007:BB8869
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 december 2007
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.P. Balkema, B.C. de Savornin Lohman, W.A.M. van Schendel, J. de Hullu
- Zaaknummer
00212/07 B
- Conclusie
A-G Wortel
- LJN
BB8869
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BB8869, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑12‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BB8869, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑12‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑03‑2007
Essentie
Beklag. Maatstaf ten aanzien van derde belanghebbende is of deze redelijkerwijs als rechthebbende op het inbeslaggenomen goed kan worden aangemerkt.
Partij(en)
Beschikking op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank te Haarlem van 5 oktober 2006, nummer RK 06/104 op een beklag als bedoeld in artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering, ingediend door: [klaagster], zonder bekend vestigingsadres hier te lande.
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1. De bestreden beschikking
De Rechtbank heeft ongegrond verklaard het door klaagster ingediende beklag strekkende tot teruggave aan haar van de in bovenvermelde beschikking omschreven geldbedragen.