NJ 2007, 614
HR, 13-11-2007, nr. 01543/06, nr. 01545/06, nr. 01546/06, nr. 01548/06, nr. 01550/06, nr. 01552/06, nr. 01553/06, nr. 01555/06
HR 13-11-2007, ECLI:NL:PHR:2007:BA2553
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
13 november 2007
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, W.A.M. van Schendel, J. de Hullu, W.M.E. Thomassen, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
01543/06
01545/06
01546/06
01548/06
01550/06
01552/06
01553/06
01555/06
- Conclusie
A-G Wortel
- LJN
BA2553
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:BA2553, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑11‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:BA2553, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑11‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑07‑2006
- Wetingang
Essentie
Overwegingen over mogelijkheden van informatieverstrekking door inlichtingen- en veiligheidsdiensten aan OM. Afwijzing van het verzoek om plaatsvervangend Hoofd AIVD, teamleider KLPD en de Landelijk Officieren van Justitie terrorismebestrijding als getuigen te horen toereikend gemotiveerd.
Samenvatting
De wetgever heeft een duidelijk juridisch en feitelijk onderscheid voor ogen gestaan tussen enerzijds het optreden van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten en anderzijds het optreden van de opsporingsdiensten. Wederkerige contacten tussen de verschillende diensten zijn mogelijk, maar daarbij geldt dat de inlichtingen- en veiligheidsdiensten bevoegdheden uitsluitend voor de eigen taakstelling mogen aanwenden. De Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (WIV 2002) verleent evenwel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.