NJ 2008, 146
HR, 30-10-2007, nr. 01752/06
HR 30-10-2007, ECLI:NL:PHR:2007:BB3999, m.nt. N. Keijzer
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 oktober 2007
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.P. Balkema, A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
01752/06
- Conclusie
A-G Machielse
- Noot
N. Keijzer
- LJN
BB3999
- JCDI
JCDI:ADS154753:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:BB3999, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑10‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:BB3999, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑10‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑11‑2006
- Wetingang
Sr art. 14b lid 2, 14c lid 2
Essentie
Opgelegd is een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van zes weken met de bijzondere voorwaarde dat de verdachte geen contact op zal nemen met X. De proeftijd bij de gestelde bijzondere voorwaarde is drie jaren. Tot de inwerkingtreding van Stb. 1993, 29 kon ten aanzien van een dergelijke voorwaarde een proeftijd van ten hoogste twee jaren worden opgelegd. Uit de wetsgeschiedenis kan niet worden afgeleid dat de wetgever heeft bedoeld wijziging te brengen in de toen bestaande regeling van de duur van de proeftijd. Daarom moet worden aangenomen dat art. 14b, tweede lid, Sr bij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.