NJB 2007, 1785
HR, 28-08-2007, nr. 02114/06 P
HR 28-08-2007, ECLI:NL:PHR:2007:BA5629
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
28 augustus 2007
- Magistraten
Mrs. Koster, Van Dorst, Ilsink, Thomassen en Splinter-van Kan
- Zaaknummer
02114/06 P
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BA5629
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:BA5629, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 28‑08‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:BA5629, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑08‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑12‑2006
- Wetingang
Sv art. 359 lid 3; Sv art. 415; Sv art. 511g
Essentie
Ontnemingszaak (€ 200 000).
Hoewel het hof in zijn arrest niet heeft opgenomen de bewijsmiddelen waaraan zijn schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel is ontleend en het arrest daarom niet voldoet aan de eis gesteld bij art. 511g lid 2 Sv behoeft dit verzuim van het hof niet tot cassatie te leiden wegens de hierna onder (a) en (b) genoemde omstandigheden.
Uitspraak
HOGE RAAD, ONDER MEER:
3.1
Het [eerste; L.] middel klaagt dat de schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel niet kan worden afgeleid uit de door het Hof gebezigde bewijsmiddelen.
3.2.1
Het Hof heeft onder ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.