RvdW 2007, 511
Profijtontneming. Uitbreiding grondslag ontnemingsmaatregel moet in verkort arrest staan en niet in aanvulling.
HR 08-05-2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ9338
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 mei 2007
- Magistraten
Mrs. G.J.M. Corstens, A.J.A. van Dorst, W.A.M. van Schendel, J.W. Ilsink, J. de Hullu
- Zaaknummer
01335/06P
- Conclusie
A-G Bleichrodt
- LJN
AZ9338
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:AZ9338, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑05‑2007
ECLI:NL:HR:2007:AZ9338, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑05‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 30‑08‑2006
- Wetingang
Essentie
Profijtontneming. Het verkorte arrest ziet op het voordeel dat is verkregen uit bewezenverklaarde feiten, terwijl de aanvulling inhoudt dat abusievelijk in de uitspraak niet is vermeld dat de vaststelling van het voordeel mede is gebaseerd op soortgelijke feiten. Ook in ontnemingsprocedures moeten cfm art. 365a Sv alle beslissingen worden opgenomen in het verkorte arrest (vgl. HR NJ 2000, 475). Gelet op art. 365a joart. 138b Sv en het stelsel van de wet zoals daarvan o.a. uit art. 36e Sr blijkt, had 's hofs in de aanvulling vermelde beslissing, die een tweede ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.