AB 2007, 144
Taakverdeling strafrechter en bestuursrechter.
HR 27-03-2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ6007, m.nt. J.J.J. Sillen (verwijderingsbevel APV Amsterdam)
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
27 maart 2007
- Magistraten
Mrs. G.J.M. Corstens, J.W. Ilsink, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
00062/06
- Conclusie
A-G Vellinga
- Noot
J.J.J. Sillen
- LJN
AZ6007
- Roepnaam
verwijderingsbevel APV Amsterdam
- JCDI
JCDI:ADS61494:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Onbekend (V)
Bestuursrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:AZ6007, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑03‑2007
ECLI:NL:HR:2007:AZ6007, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 27‑03‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑05‑2006
- Wetingang
Sr art. 184
Essentie
Taakverdeling strafrechter en bestuursrechter.
Samenvatting
Bij een strafrechtelijke vervolging ter zake van art. 184 Sr dient de rechter te onderzoeken of het in de tenlastelegging genoemde wettelijke voorschrift verbindend is en of het bevel rechtmatig is gegeven alsmede, indien terzake verweer is gevoerd, van dat onderzoek te doen blijken en gemotiveerd op dat verweer te beslissen. Dat geldt niet alleen indien tegen het desbetreffende bevel een met voldoende waarborgen omklede bestuursrechtelijke rechtsgang open staat of heeft opengestaan en de verdachte van deze rechtsgang geen gebruik heeft gemaakt door een beroep op de bestuursrechter te doen (vergelijk HR ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.