AB 2007/249
HR, 20-03-2007, nr. 00762/06: lozing Petroleumhaven
HR 20-03-2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ7078, m.nt. A.B. Blomberg (lozing Petroleumhaven)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 maart 2007
- Magistraten
Mrs. G.J.M. Corstens, B.C. de Savornin Lohman, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
00762/06
- Conclusie
A-G mr. Knigge
- Noot
A.B. Blomberg
- LJN
AZ7078
- Roepnaam
lozing Petroleumhaven
- JCDI
JCDI:ADS859593:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Milieurecht (V)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:AZ7078, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑03‑2007
ECLI:NL:HR:2007:AZ7078, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑03‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑06‑2006
- Wetingang
IVBPR art. 14 lid 7; Sr art. 68
Essentie
Cumulatie van strafvervolging en invordering dwangsommen; verbeurte en invordering dwangsom geen (punitieve) sanctie; geen schending van ne bis in idem-beginsel en una via-beginsel.
Samenvatting
’s Hofs oordeel dat het Openbaar Ministerie het recht tot strafvervolging van de verdachte ter zake van twee bewezenverklaarde feiten niet verliest door de enkele omstandigheid dat in verband met diezelfde feiten door de Minister van Verkeer en Waterstaat telkens een dwangsom als bedoeld in Afdeling 5.4 van de Awb is ingevorderd, geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting. Voor zover het middel een ruimere uitleg voorstaat van het ne bis in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.