RvdW 2007, 111
Niet vermelding in proces-verbaal politie dat dit op ambtseed/-belofte is opgemaakt; andere geschriften cfm art. 334 lid 1 onder 2° Sv.
HR 16-01-2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ2481
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
16 januari 2007
- Magistraten
Mrs. G.J.M. Corstens, B.C. de Savornin Lohman, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
00525/06E
- Conclusie
A-G Bleichrodt
- LJN
AZ2481
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:AZ2481, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑01‑2007
ECLI:NL:HR:2007:AZ2481, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑01‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑05‑2006
- Wetingang
Essentie
Vervolg op Hof Arnhem, 12 december 2005, NJFS 2006, 53. Dat een proces-verbaal opgemaakt door een bevoegde opsporingsambtenaar, ook als dat niet vermeldt dat het op ambtseed of ambtsbelofte is opgemaakt, steeds als proces-verbaal in de zin van art. 344 lid 1 onder 2° Sv heeft te gelden — en dus op grond van art. 344 lid 2 Sv als enige bewijsmiddel kan gelden — geeft blijk van een onjuiste rechtsopvatting.
Noch art. 344 lid 1 onder 5° Sv noch het bewijsstelsel van Sv verzet zich er tegen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.